Juiste woordkeuze: groter dan of groter als?
Ook dit jaar is deze taalfout als een van de grootste ergernissen naar voren gekomen uit het jaarlijkse onderzoek van de Nederlandse Taalunie. En toegegeven, het is ook lastig. Daarom een duidelijk uitleg over wanneer je ‘als’ en ‘dan’ in vergelijkingen gebruikt.
In het kort
‘Als’ gebruik je bij de eerste trap van vergelijking. Dus bij: groot, kort, mooi, lelijk.
‘Dan’ gebruik je bij de tweede trap van vergelijking. Dus bij woorden als: groter, korter, mooier, lelijker.
De trappen van vergelijking
Wanneer je een vergelijking wil maken, kun je daar een ‘mate’ aan verbinden. Je kunt zeggen dat iemand mooi is, mooier is, of misschien wel het mooist is. Deze drie vormen worden de trappen van vergelijking genoemd.
- Eerste trap van vergelijking: mooi, groot, klein, lang, kort, lief.
- Tweede trap van vergelijking: mooier, groter, kleiner, langer, korter, liever.
- Derde trap van vergelijking: mooist, grootst, kleinst, langst, kortst, liefst.
’Als’ in vergelijkingen
Bij de eerste trap van vergelijking wordt ‘als’ gebruikt. Je wil zeggen dat je bijvoorbeeld iets net zo goed kan als iemand anders. Door de zin langer te maken, merk je meteen dat hier geen ‘dan’ past. Iets net zo goed kunnen dan een ander dat kan, is namelijk geen goede Nederlandse zin.
’Dan’ in vergelijkingen
Bij de tweede trap van vergelijking wordt ‘dan’ gebruikt. Je wil benadrukken dat het niet gewoon is, maar meer dan dat. Bijvoorbeeld: Ik ben veel groter dan dat jij dat bent!’ Hier zie je dat je door het langer maken van de zin meteen ziet wat de juiste vorm is. Ik ben veel groter als jij dat bent is geen correcte Nederlandse zin.
Ezelsbruggetje
Maak de zin langer, dan hoor je vaak meteen wat de juiste vorm is. Bijvoorbeeld: Ik ben net zo groot als dat jij bent, Ik kleur mooier dan dat jij doet.

Geef een reactie
