Werkwoorden: wanneer schrijf je bekent en wanneer bekend?

Op 26-03-2023 in Werkwoordspelling

Werkwoorden: wanneer schrijf je bekent en wanneer bekend?

Sommige woorden hebben twee schrijfwijzen. Het is soms lastig te bepalen wanneer je welke vorm schrijft. Bekend is zo’n woord. Wanneer schrijf je het met een –t en wanneer met een –d?

Betekenis volgens Van Dale

Be-ken-nen (werkwoord, bekende, heeft bekend)

  1. Voor iets verkeerds uitkomen: de misdadiger bekende
  2. Bemerken, bespeuren: er was niemand meer te bekennen

Be-kend (bijvoeglijk naamwoord)

  1. Gekend worden: het is bekend, een bekend schrijver
  2. Niet vreemd: ergens goed bekend zijn, de streek goed kennen.

In het kort

Wanneer de actie nu gebeurt, wordt ‘bekent’ met een –t geschreven. Wanneer ‘bekend’ in het verleden heeft plaatsgevonden wordt het met een –d geschreven. Het wordt ook met een –d geschreven wanneer het gebruikt wordt als een bijvoeglijk naamwoord.

Bekend

‘Bekend’ wordt vaker met een –d dan met een –t geschreven. Toch is het belangrijk om na denken over de plek die het woord in de zin heeft. Is het een werkwoord of wordt het woord gebruikt als bijvoeglijk naamwoord? De bovengenoemde betekenissen van het Van Dale kunnen hierbij al een grote hulp zijn.

Op een rij:

  • Wanneer ‘bekend’ als bijvoeglijk naamwoord wordt gebruikt, schrijf je het woord altijd met een –d. Bijvoeglijk naamwoorden zijn woorden die iets over het zelfstandig naamwoord zeggen. In dit geval dus: De bekende auteur of de bekende film. In de eerste zin zegt bekend iets over ‘auteur’ en in de tweede zin zegt bekend iets over ‘film’. In beide gevallen zegt bekend dus iets over het zelfstandig naamwoord (auteur en film in dit geval)
  • Wanneer ‘bekend’ een voltooid deelwoord is, wordt het met een –d geschreven. Een voltooid deelwoord geeft aan dat iets gebeurd is. Vaak staat er een hulpwerkwoord in de zin en ergens achteraan komt dan het voltooid deelwoord. Bijvoorbeeld in de volgende zin: Bianca is op de fiets naar school gereden. Je ziet dat het woordje ´is´ helpt om het voltooid deelwoord te vormen. Door de combinatie van werkwoorden wordt aangeven dat de actie voorbij is. Voorbeelden van zinnen met bekend als voltooid deelwoord: Ik heb de misdaad bekend. Deze popster is al jaren bekend van televisie.

Bekent

‘Bekent’ met een –t komt veel minder vaak voor. Eigenlijk wordt het alleen gebruikt wanneer het de persoonsvorm van de zin is. De persoonsvorm vind je als volgt: Maak de zin vragend. Het woord dat voorop komt te staan, is de persoonsvorm.

Voorbeeld: Nadia bekent dat zij is vreemdgegaan.
Maak vragend: Bekent Nadia dat zij vreemd is gegaan?
Persoonsvorm is dus ‘bekent’.

Wanneer je tijdens deze check ziet dat de vraag begint met ‘bekent’, weet je dat het met een -t geschreven wordt. Een ander gemakkelijke regel is: Je schrijft bekent met een –t wanneer het gebruikt wordt voor de hij/zij/het-vorm. Bijvoorbeeld: Hij bekent dat hij af heeft gekeken of Zij bekent nooit pizza te eten.